Laten we met de nare zaken beginnen. De brand op het Nationaal Park De Hoge Veluwe. Afgelopen week zijn we elke dag op het Park geweest. We wilden kijken of we nog iets konden doen. Uiteindelijk zijn we bezig geweest met het redden van de kleine watersalamander. Deze had zich van de vlammen kunnen redden door onder dikke takken en afgezaagde bomen te kruipen, daar bleef het redelijk vochtig toen de vlammen over hun gebiedje joegen. We hebben er vrij veel kunnen redden, ze waren wel uitgedroogd. Door de as rondom hadden ze niet de mogelijkheid om het water te bereiken. Eenmaal in het water kwamen ze langzaam weer toto leven.
Gelukkig begon de natuur zich al te herstellen. Op de tweede dag zag ik mieren wiens hoop tot diep onder het oppervlak was verbrand weer druk bezig hun mierenhoop weer op te bouwen. Maar ook zag ik een adder uit een gat in de grond kruipen en spinnen weer hun web tussen de as spinnen. Ook het pijpenstrootjesgras begon al weer te groeien.
Hindes hadden nog geen jongen, gelukkig maar. Wel lopen ze op alle dag, we waren blij dat we weer een stel dames op een weitje zagen rondlopen. Ze waren nog erg nerveus, maar verder in goeie doen. Het vosje dat we zagen kwam uit het verbrande gebied, hij of zij was zwart van de as op buik en borst en keek niet al te fris uit z'n ogen.
Vrijdag besloten we dat we even genoeg van de verbrande hei en bomen hadden. Je moet toch steeds denken aan al die beesten en beestjes die in de grond gekropen zijn , maar toch door zuurstofgebrek of rook zijn omgekomen.
Dus zijn we zaterdag het Kroondomein 't Loo ingetrokken. We hadden daar een ontmoeting met onder andere damhindes, geelgorzen en een slijkvlieg op m'n broek. En natuurlijk Renee's favorite amfibie de kikker.
Vriendelijke groet Ruud.
Gelukkig begon de natuur zich al te herstellen. Op de tweede dag zag ik mieren wiens hoop tot diep onder het oppervlak was verbrand weer druk bezig hun mierenhoop weer op te bouwen. Maar ook zag ik een adder uit een gat in de grond kruipen en spinnen weer hun web tussen de as spinnen. Ook het pijpenstrootjesgras begon al weer te groeien.
Hindes hadden nog geen jongen, gelukkig maar. Wel lopen ze op alle dag, we waren blij dat we weer een stel dames op een weitje zagen rondlopen. Ze waren nog erg nerveus, maar verder in goeie doen. Het vosje dat we zagen kwam uit het verbrande gebied, hij of zij was zwart van de as op buik en borst en keek niet al te fris uit z'n ogen.
Vrijdag besloten we dat we even genoeg van de verbrande hei en bomen hadden. Je moet toch steeds denken aan al die beesten en beestjes die in de grond gekropen zijn , maar toch door zuurstofgebrek of rook zijn omgekomen.
Dus zijn we zaterdag het Kroondomein 't Loo ingetrokken. We hadden daar een ontmoeting met onder andere damhindes, geelgorzen en een slijkvlieg op m'n broek. En natuurlijk Renee's favorite amfibie de kikker.
Vriendelijke groet Ruud.